Als goede doelen partner worden van de Postcode Loterij of de VriendenLoterij geven zij meer uit aan personeel, maar hebben zij niet meer fte in dienst. Tot die conclusie kwam Emily van Eijk in haar masterscriptie op basis van analyses op longitudinale data.
De volledige scriptie is hier te vinden: Van Eijk, Emily (2022) Het effect van vrij besteedbare financiering op personeel
De Goede Doelen Loterijen (GDL) zijn uniek in hun manier van financieren. Dit doen zij namelijk zonder strenge eisen te stellen aan hoe het geld besteed moet worden door goededoelenorganisaties. In dit onderzoek staat de volgende vraag centraal: Wat is het effect van vrij besteedbare, meerjarige financiering van de Goede Doelen Loterijen (GDL) op de personeelsuitgaven, het FTE en de verhouding tussen vrijwilligers en personeel bij de ontvangende organisaties? De verwachting is dat goededoelenorganisaties die vrij besteedbaar geld ontvangen, zich vrijer zullen voelen om dat geld uit te geven aan wat zij zelf vinden dat echt nodig is. Personeel zou één van die dingen kunnen zijn.
In dit onderzoek is gebruik gemaakt van een longitudinale dataset met inkomsten en uitgaven van goededoelenorganisaties op basis van gegevens van Toezichthouder CBF en de Goede Doelen Loterijen.
Uit de resultaten blijkt, in lijn met de verwachting, dat organisaties die partner worden van de GDL meer geld uit gaan geven aan personeel. Dit effect wordt beïnvloed door de grootte van organisaties, waarbij het effect groter is voor kleinere organisaties.
Ten tweede blijkt dat het FTE niet toeneemt wanneer organisaties partner worden van de GDL. Wel wordt dit wederom beïnvloed door de grootte van de organisatie.
Ten derde wijzen de resultaten erop dat organisaties die partner worden van de GDL, in verhouding tot het aantal medewerkers, meer vrijwilligers aannemen. De sector speelt hierin geen rol. In het conclusie-hoofdstuk worden een aantal verklaringen gegeven voor de gevonden resultaten.
Op basis van dit onderzoek, kunnen drie aanbevelingen gedaan worden. Ten eerste, aanvullend onderzoek doen op basis van interviews/vragenlijsten waarin wordt doorgevraagd naar personeelsbeleid bij goededoelenorganisaties. Het gaat hier dan niet alleen om de hoeveelheid geld die uitgegeven wordt aan het personeel, maar ook hoe het geld besteed wordt: gaat het om salaris, secundaire arbeidsvoorwaarden, trainingsbudgetten, etc?
De tweede aanbeveling is onderzoek doen naar de onbewuste selectiecriteria voor meerjarige vrij besteedbare financiering bij de GDL. Er zijn natuurlijk een aantal criteria vastgelegd door de GDL, zorgen deze ervoor dat bepaalde organisaties niet in aanmerking komen voor meerjarige vrij besteedbare financiering vanuit de GDL of zijn er onbewuste selectiecriteria waardoor dit gebeurt? En is dit wenselijk of niet?
De derde aanbeveling is overgaan op capacity-builing funding. hierbij wordt er gekeken naar wat er precies nodig is bij goededoelenorganisaties en wordt de financiering hiervoor verstrekt. Hierdoor kun je als financier meer invloed hebben op waar het geld naartoe gaat en is het makkelijker om de geldende normen te doorbreken waarbij organisaties geen extra geld durven te spenderen aan personeel. Je geeft immers expliciet aan dat het geld hieraan uitgegeven moet worden.